Zelfinspectie gevaarlijke stoffen

Uit onderzoeken van de Inspectie SZW is gebleken dat veel bedrijven moeite hebben om te voldoen aan de regels voor veilig gebruik van gevaarlijke stoffen.

De materie is ingewikkeld en de voorschriften zijn gedetailleerd. Er bleek grote behoefte aan een instrument dat bedrijven bij de hand neemt. De Inspectie SZW heeft daarom een digitaal hulpmiddel ontwikkeld waarmee bedrijven een zelfinspectie kunnen uitvoeren: zelfinspectie gevaarlijke stoffen. Met de zelfinspectie onderzoeken bedrijven of ze voldoen aan de arboregelgeving. Dit doen ze volgens de vier stappen uit het inspectieproces. Per stap beantwoordt het bedrijf gemiddeld vier vragen. Na iedere stap volgt een rapport waarin wordt aangegeven in hoeverre het bedrijf voldoet aan de arboregelgeving. Voldoet het bedrijf niet volledig? Dan volgt een lijst met actiepunten. Op die manier zijn bedrijven in de gelegenheid zich goed voor te bereiden op het bezoek van een inspecteur en kunnen werknemers gezond aan het werk met gevaarlijke stoffen. Hulpmiddel De uitkomsten van de zelfinspectie zijn uiteraard afhankelijk van de kwaliteit van de invoer. Dat betekent dat de inspecteur na een inspectie tot een ander eindresultaat kan komen dan het bedrijf naar aanleiding van deze zelfinspectie. De zelfinspectie is dus per definitie geen vervanging van de ‘real life’-inspectie. Het is bedoeld als hulpmiddel voor het bedrijf om te checken of aan het beleid wordt voldaan en om te zien welke stappen er eventueel moeten worden ondernomen om er wel aan te voldoen. De Inspectie SZW heeft al veel positieve reacties van bedrijven over de zelfinspectietool gehad.